Op Paasmaandag overleed paus Franciscus. Hoe moet het nu verder met de aanvang van de heiligverklaring van ‘Gods architect’ Gaudí, de ontwerper van ondermeer de mooiste kathedraal La Sagrada Familia?
Een week geleden liepen we er langs, want we moesten een nieuw Nederlands paspoort aanvragen en dat kon daar in de buurt. De eerste keer als buitenlanders in Spanje. Ging niet helemaal soepeltjes. Helemaal toen de pasfoto niet volgens Nederlandse standaarden (niet lachen, ‘neutrale blik’, haren achter de oren, ofwel oersaai) bleek te zijn, terwijl het Nederlandse ministerie de Spaanse fotograaf had aanbevolen. Nieuwe foto’s dus en ik schrok van mijn dooie aangezicht. Ik probeerde het maar snel weer te vergeten door wat schoonheid en leven op te snuiven in de stad.
Barcelona is een stad waar rijk en arm woont. Kunstenaars en arme sloebers, zwervers, deftige oudere Barcelonese dames netjes gekapt en in de make-up, studenten uit alle windstreken, strak in het pak gestoken (zaken-?)mannen, bloot geklede Engelse toeristen zo bleek als melk, Aziatische rozen verkopers en talloze honden, groot en klein. Allerlei typen mensen en honden dus komen hier. Leuk om vanaf een zonnig terras te bekijken.
La Sagrada Familia blijft een van de meest magische trekpleisters van de veelzijdige stad. Het goddelijke licht van binnen, de vele symbolen en engelen van buiten. Zoals een kerk of kathedraal zou moeten zijn: licht in plaats van de zwaarte die je vaak voelt als je er binnen bent. De omgeving bulkt al van de toeristen die allemaal iets ervan willen zien.
Gaudí’s invloeden zijn nog altijd op diverse plekken in de stad te zien. Zijn kathedraal komt waarschijnlijk nimmer af. Dat is waarschijnlijk ook de kracht van dit sprookje: er zal altijd aan gewerkt worden. In de geest van meesterkunstenaar Gaudí.

Het duurt nog een hele tijd voordat we onze nieuwe paspoorten hebben, 6-8 weken en dan worden ze opgestuurd vanaf Barcelona. Dan kunnen we weer tien jaar vooruit. Ik kreeg het opeens benauwd bij de gedachte over tien jaar, dan bijna zestig. Hoe zal de wereld er uitzien? Hoe zal dat proces dan gaan, misschien wel met irisscan of andere nieuwe techniek, misschien wel met betaling van een digitale Europese munt. Ik denk liever niet aan de toekomst, want die stemt niet heel vrolijk. Ik wil leven in het nu, want het nu is toch echt alles wat we hebben. Piekeren, je zorgen maken, je schiet er allemaal zo weinig mee op. Maar menig mens heeft zorgen over de toekomst en dat is zeker niet voor niets. Is het niet over henzelf, dan wel over de toekomst van hun kinderen. Tegelijkertijd heeft een deel van de westerse mensheid nog nooit eerder in zulke welvarende tijden geleefd. Stappen terugdoen vanwege minder gunstige economische tijden zal dus niet zo makkelijk zijn.
In de straten van Barcelona zagen we mensen, op iets wat doorgaat voor een matras, slapen. Tussen al het feestgedruis door. Temidden van de drukbezochte terrassen. Het is daarmee ook een rauwe stad. In een stad als Rotterdam worden zwervers weggejaagd en zijn er zelfs op plekken geen bankjes meer om te voorkomen dat ze daar blijven hangen. Alles in het kader van ‘efficiëntie’. Niet in Barcelona waar alles door elkaar leeft, waar wasgoed wappert in de wind in de smalle straatjes en je af en toe een verdwaalde onderbroek op straat treft, gevallen van 4-hoog.
We bleven één nacht en namen de volgende dag ’s avonds weer de veerboot terug. Acht uur duurde de reis naar Palma. Het zou onstuimig worden op zee. Barcelona barst natuurlijk van de restaurantjes, terrassen en andere eetgelegenheden. Omdat het als glutenvrije vegan (hoe verzin je het!) altijd een hele uitdaging is om ergens wat te kunnen eten, laat ik het vegan vaak varen voor vegetarisch. Maar ook dat is nog vaak lastig. Waar ik altijd terecht kan, is bij een Indiaas restaurant. Heerlijk! De ghee, de Indiase geklaarde boter, wordt vervangen door olijfolie (ik heb het nog even gevraagd aan de vriendelijke Indiase ober) en nog steeds zijn de gerechten vol van smaak en maken de diverse geurige specerijen en kruiden er altijd weer een hartverwarmend feestje van. Volgens mij is Indiaas of Pakistaans eten een perfect medicijn als je een opkikker nodig hebt. Even zo opgetild worden uit de toekomst of het verleden of waar je ook met je gedachten vaak zit en hup weer in het moment. Die overdaad aan smaken en geuren van het nu. Daar kun je toch nooit genoeg van krijgen? Jammer dat ik alleen de namen van de gerechten zo slecht onthoud. Het zal altijd een van mijn favoriete keukens blijven. Vegan- en vegetariër vriendelijk. De Indiase/Pakistaanse keuken is bestemd voor ‘non-veg’ en ‘veg’. Op de menukaart stond het inderdaad zo vermeld, nadat mijn lieve vriendin me er eens op wees toen ze me op een zondag meenam naar een fijn Indiaas restaurant in de Amsterdamse Pijp (met haar ouders op een vakantie naar Engeland aten we als 16-jarige pubers ooit voor het eerst Indiaas). Dus vlees-eters zijn non-veg. Ik heb dat nooit eerder geweten: vlees als uitzondering in plaats van regel. Daar kunnen de Europese keukens nog een puntje aan zuigen.
De volgende ochtend, het werd langzaam licht, kwamen we aan in de haven van Palma, onze mini-Barcelona. Voor mij althans. Onze fietsen stonden er gelukkig nog. Het verkeer was al op gang op de drukke boulevard, waar de weg al enige tijd opgebroken is en het vast later op de dag een grote chaos zal worden. Bij thuiskomst hoorden we de vele vogeltjes, vooral een nachtegaal is behoorlijk actief in ons buurtje. Rust. Peace.
Na stadse energie te hebben opgesnoven, gingen we aan de slag in de tuin. De laatste weken was het een enorme – en groene – wildernis geworden door de ongebruikelijke regenval vorige maand. Er moest hoognodig plaats worden gemaakt voor nieuwe plantjes, want de zomertuin komt eraan!
Hier nog even dé showman van alle showmen..
Con Amor,
Eva

